Visie

Van elke plek kun je een prachtige tuin maken als je optimaal gebruik maakt van de lokale omstandigheden. Het beste resultaat krijg je als je een ontwerp afstemt op de bestaande grondsoort, architectuur, geschiedenis en karakter van de locatie.

Elke tuin moet in de eerste plaats vooral als een ruimte worden bezien. Hoogte, dichtheid, vorm en textuur van de beplanting en van de andere elementen bepalen de ruimtelijke opbouw en daarmee de sfeer van een tuin. Zeker in kleine tuinen is het essentieel dat er eenheid en rust ontstaat zodat er een gevoel van ruimte wordt gecreëerd. Dat vergt vooral dat er keuzen worden gemaakt en juist daarin ligt de belangrijkste opgave voor de ontwerper. Diens taak is het om de wensen van de klant en de mogelijkheden van de locatie met elkaar in overeenstemming te brengen.

Een levende tuin vormt een veel aangenamere ruimte om in te verblijven dan een tuin die voornamelijk bestaat uit dood hout en stenen. In een groene tuin valt altijd wat te beleven. Het klimaat is er beter: minder heet in de zomer, minder koud in de winter en een groene tuin is automatisch "regenbestendig", d.w.z. bestand tegen de extreme regenval die steeds vaker vóórkomt. In een duurzame tuin wordt zo min mogelijk beton en tropisch hardhout gebruikt, er wordt geen turf en geen kunstmest aangesleept en de grond wordt zo min mogelijk verstoord.

Een soortenrijke beplanting maakt een tuin in alle seizoenen aantrekkelijk voor het oog en biedt het hele jaar door voedsel en beschutting aan vogels, vlinders, hommels, bijen, egels en ander dierlijk leven. Tegelijk beschermt die diversiteit uitstekend tegen ziekten en plagen. Vergelijk dat eens met een tuin die uitsluitend uit buxushaagjes of dakplatanen bestaat. Bovendien is zo'n weelderig beplante tuin - mits natuurlijk goed ontworpen en goed aangelegd - ongelofelijk onderhoudsarm! Een goede border of een vak met bodembedekkers vergt minder onderhoud dan een harde oppervlakte van bestrating die regelmatig moet worden schoongespoten en onkruidvrij gemaakt.